Je bekijkt nu Eindejaarstips dga en bv

Eindejaarstips dga en bv

Salaris dga

De dga en zijn partner zijn wettelijk verplicht om voor hun werk voor de bv ten minste een gebruikelijk loon te ontvangen. Het gebruikelijk loon moet minimaal het hoogste zijn van de volgende drie bedragen:

  • 100% van het loon uit de meest vergelijkbare dienstbetrekking (voor 2022 was dit nog 75%).
  • Het loon van de meestverdienende werknemer binnen de vennootschap of een verbonden vennootschap.
  • Een minimumbedrag van € 56.000 (2026: € 58.000).

Loon in natura, bonussen en de bijtelling voor privégebruik van een auto tellen mee. De bv mag aannemelijk maken dat het salaris van de dga lager moet zijn dan het op basis van het voorgaande vastgestelde bedrag. Dit kan bijvoorbeeld het geval zijn bij parttime werkzaamheden, structurele verliezen of wanneer sprake is van een startende onderneming.

Let op! De regeling geldt afzonderlijk voor iedere vennootschap waarin een aanmerkelijk belang wordt gehouden en waarvoor de dga of zijn partner arbeid verricht.

Excessief lenen

Houders van een aanmerkelijk belang in een bv (5% of meer van de aandelen) moeten inkomstenbelasting in box 2 betalen over schulden aan de eigen bv voor zover deze op 31 december 2025 meer bedragen dan € 500.000. Om de hoogte van de lening vast te stellen, tellen alle schulden aan de bv mee, behalve de eigenwoningschulden. Eigenwoningschulden zijn uitgezonderd voor zover aan de bv een recht van hypotheek is verstrekt. Schulden bij meerdere bv’s worden bij elkaar opgeteld. Een schuld die eerder in box 2 werd belast op grond van deze regeling, wordt in 2025 niet opnieuw belast.

Alleen de schulden tellen mee. Vorderingen worden niet automatisch verrekend bij het bepalen of de schuld te hoog is. Als verrekening gewenst is, moeten aanmerkelijkbelanghouders dit zelf regelen via een daadwerkelijke (civielrechtelijke) verrekening. Het is belangrijk om dit voor het einde van december te doen.

Dividend

Het tarief voor dividenduitkeringen aan dga’s bedraagt 24,5% over de eerste € 67.804 (€ 68.843 in 2026) en 31% over het meerdere. De tarieven veranderen niet in 2026. Alleen de schijfgrens groeit deels mee met de inflatie. Fiscaal partners kunnen tweemaal profiteren van de eerste tariefschijf.

Tip! Een dividenduitkering heeft mogelijk ook invloed op de algemene heffingskorting. Sinds 2025 bouwt deze heffingskorting niet alleen af met het toenemen van het inkomen in box 1, maar wordt ook rekening gehouden met het inkomen in box 2 en 3. Het kan daardoor voordeliger zijn om het dividend niet te verdelen.

Let op! Een dividenduitkering die voor de jaarwisseling wordt gedaan, leidt mogelijk tot een hoger vermogen in box 3 en dus meer belasting in box 3 in 2026.

Bron: Ministerie van Financiën | wetswijziging | 27-10-2025