De Wet IB 2001 verwijst voor een uitleg van het begrip loon naar de wettelijke bepalingen van de loonbelasting. Volgens de Wet op de loonbelasting 1964 is loon al hetgeen uit een dienstbetrekking wordt genoten, inclusief vergoedingen en verstrekkingen in het kader van de dienstbetrekking. Uitgezonderd van het loonbegrip zijn eindheffingsbestanddelen. Over eindheffingsbestanddelen is de werkgever belasting verschuldigd. Op grond van de werkkostenregeling kan de werkgever vergoedingen en verstrekkingen aanwijzen als eindheffingsbestanddelen. Dat geldt onder meer voor een vergoeding voor extraterritoriale kosten. De 30%-regeling houdt in dat 30% van de som van het loon uit tegenwoordige dienstbetrekking en de vergoeding voor extraterritoriale kosten belastingvrij is.
De 30%-regeling, is niet van toepassing als de werkgever de vergoeding voor extraterritoriale kosten niet als eindheffingsbestanddeel heeft aangewezen. Dat kan niet worden gecorrigeerd in de inkomstenbelasting. Een eventuele correctie moet door de werkgever als inhoudingsplichtige worden gedaan in de loonheffing. Als alternatief kan de werknemer bezwaar maken tegen de van hem ingehouden loonheffing, indien daarbij naar zijn mening ten onrechte de 30%-regeling niet is toegepast.